VNFKD

Interview: Harriët Jager-Wittenaar over het MONDAY-onderzoek

Nieuws

Harriët Jager-Wittenaar is diëtist en Lector Malnutrition and Healthy Ageing, Hanzehogeschool Groningen. Het lectoraat heeft als doel het aantal gezonde levensjaren van ouderen te verhogen. Men wil dit bereiken door het voorkomen van hiaten in de kennis en de klinische praktijk rondom vroege herkenning en behandeling van ondervoeding. Het interdisciplinaire onderzoek binnen het Lectoraat Malnutrition and Healthy Ageing richt zich op drie hoofdthema’s: de rol van lichamelijke activiteit in de voedingstoestand van chronisch zieken en ouderen, de relatie tussen ondervoeding en frailty en nutritional assessment. Een van de onderzoeken die Jager-Wittenaar als lector leidt, is MONDAY. MONDAY staat voor MOnitoring Nutritional status and DietArY intake.

MONDAY

‘In onze maatschappij is ervoor gekozen ouderen langer thuis te laten wonen. Maar dat heeft wel impact op hoe gezond ouderen hun laatste levensjaren kunnen doorbrengen. Ondervoeding, met alle negatieve gevolgen daarvan, komt veel voor’, vertelt Jager-Wittenaar. ‘De winst is vooral te behalen in de thuissituatie. Daarbij is vroegtijdige verwijzing naar de diëtist bij (risico op) ondervoeding belangrijk. We hebben echter geen goed zicht op hoe dieetbehandeling in de eerste lijn verloopt. In het MONDAY onderzoek brengen we dan ook het verloop van de voedingstoestand en voedingsinname in kaart bij cliënten die dieetbehandeling krijgen van de eerstelijns diëtist.’ MONDAY is een langlopend landelijk practice-based onderzoek, waarin eerstelijns diëtisten zelf de data verzamelen door systematisch gegevens vastleggen over het verloop van de voedingsinname en voedingstoestand. Het gaat hierbij zowel om curatieve als palliatieve zorg. Ook houden de diëtisten op een uniforme wijze bij in hoeverre de dieetbehandeldoelen gehaald worden bij deze cliënten. Het uitgangspunt daarbij is de Richtlijn Ondervoeding.

Minder sondevoeding dan verwacht

Jager-Wittenaar: ‘In totaal zijn er nu bijna 30 prakijken aangesloten en ze houden per cliënt twaalf weken lang de gegevens bij. Het onderzoek loopt nog, maar levert ons nu al heel veel inzichten op. Zo zien we dat in de praktijk cliënten veel minder vaak sondevoeding krijgen dan je op basis van de richtlijnen zou verwachten. Waarom deze discrepantie er is, is natuurlijk de logische vraag daarop. Dat zal leiden tot een vervolgonderzoeksvraag, maar we hebben er wel al discussies over met betrokkenen. Is sondevoeding besproken met de cliënt? Wil de cliënt het niet? Is er wel voldoende kennis bij de diëtist? Waar zitten hiaten in de kennis? Is het teveel gedoe om het te regelen? En kunnen fabrikanten of facilitaire bedrijven hierin iets betekenen?’.

Ernstige ondervoeding

Jager-Wittenaar noemt nog een andere opvallende tussentijdse uitkomst van het MONDAY-onderzoek: ‘De helft van de cliënten die verwezen worden, blijkt bij de start van de eerstelijns dieetbehandeling al ernstig ondervoed te zijn op basis van de Global Leadership Initiative on Malnutrition (GLIM) criteria. Dit suggereert dat cliënten te laat worden doorverwezen of dat de overdracht vanuit ziekenhuizen niet optimaal verloopt. Herkennen van ondervoeding staat nu volop in de belangstelling onder andere door de activiteiten van het Kenniscentrum Ondervoeding. Daar ben ik heel blij mee, maar MONDAY laat zien dat we met herkennen te laat zijn. Eigenlijk moeten we nog een stap verder terug in het proces. We moeten ondervoeding zien te voorkomen, dus iedereen moet de risicofactoren voor ondervoeding onderkennen. Dat betekent dat zorgprofessionals en cliënten zich bewust moeten worden van die risicofactoren. Over deze eerste MONDAY-uitkomsten hebben we op het ESPEN congres posters gepresenteerd”. De posters zijn ook te zien voor iedereen die de MONDAY-linkedin pagina volgt. Daarnaast werkt Jager-Wittenaar samen met Marian de van der Schueren aan herdefiniëring van het concept “risico op ondervoeding”. Hierover hebben ze recent samen een artikel gepubliceerd.

Diëtistische interventie helpt

Tot slot deelt Jager-Wittenaar nog een resultaat dat onderstreept dat diëtistische interventie nut heeft: ‘We zien in de tussentijdse resultaten dat na 12 weken behandelen door de diëtist, de eiwit- en energie-inname significant toeneemt. Ook het gewicht neemt significant toe en de voedingstoestand verbetert significant. Wat niet wil zeggen dat de patiënten geen voedingsproblemen meer hebben na de 12 weken behandeling. Langere behandeling door de diëtist blijkt noodzakelijk. De voorlopige resultaten laten ook zien dat de 3 uur diëtistische zorg die vergoed wordt binnen de basisverzekering niet voldoende is, maar dat is een andere discussie.’

Rol industrie

MONDAY is een onderzoeksproject binnen FAITH research (Frailty by Assessment, Intervention And Technology towards Health). FAITH research is een consortium van meer dan 40 partners, waarin de Hanzehogeschool Groningen en de NHL Stenden Hogeschool langdurig samenwerken met zorgorganisaties, kennisinstellingen, belangenorganisaties en bedrijven, waaronder Nutricia. Volgens Jager-Wittenaar is zo’n samenwerking met een fabrikant alleen maar logisch. ‘In studies zoals MONDAY hebben alle partijen elkaar nodig: onderzoekers, diëtisten in de praktijk, het onderwijs en bedrijven. We hebben gezamenlijke doelen: minder mensen met ondervoeding en daarbij kunnen en moeten we gebruik maken van elkaars expertise en netwerken.’

,
Cookies op VNFKD
Wij en derden gebruiken cookies op onze website. We gebruiken cookies voor statistische, voorkeur en marketing doeleinden. Google Analytics cookies zijn geanonimiseerd. Je kan je voorkeuren wijzigen door op ‘Verander opties’ te klikken. Door op ‘Accepteren’ te klikken accepteer je het gebruik van alle cookies zoals beschreven in onze privacy-statement.
Noodzakelijk
Noodzakelijke cookies helpen een website bruikbaarder te maken, door basisfuncties als paginanavigatie en toegang tot beveiligde gedeelten van de website mogelijk te maken. Zonder deze cookies kan de website niet naar behoren werken.
Voorkeur
Voorkeurscookies zorgen ervoor dat een website informatie kan onthouden die van invloed is op het gedrag en de vormgeving van de website, zoals de taal van uw voorkeur of de regio waar u woont.
Statische
Statistische cookies helpen eigenaren van websites begrijpen hoe bezoekers hun website gebruiken, door anoniem gegevens te verzamelen en te rapporteren.
Marketing
Marketingcookies worden gebruikt om bezoekers te volgen wanneer ze verschillende websites bezoeken. Hun doel is advertenties weergeven die zijn toegesneden op en relevant zijn voor de individuele gebruiker. Deze advertenties worden zo waardevoller voor uitgevers en externe adverteerders.
Verander opties