Producten die lactosevrij of lactose-arm zijn
Personen met lactose-intolerantie missen het vermogen om de melksuiker lactose te verteren, waardoor darmklachten ontstaan. Melk en melkproducten zijn de bekendste producten waarin lactose zit. Lactose komt van nature voor in onder andere koe-, geiten- en schapenmelk. Jonge kinderen zijn dankzij het enzym lactase in staat om lactose om te zetten in glucose en galactose. Het vermogen dit enzym te maken, neemt met het stijgen van de leeftijd af, zodat veel bevolkingsgroepen op volwassen leeftijd lactose-intolerant worden. Bevolkingsgroepen die al generaties lang, hun hele leven melkproducten gebruiken, kunnen over het algemeen wel lactose verdragen.
Alleen voor zuigelingenvoeding voor 0-12 maanden is de bewering “lactose-vrij” geregeld in EU wetgeving. Artikel 9, lid 2 van Verordening (EU) 2016/127 bepaalt dat het maximale lactosegehalte van het product niet meer dan 2,5 mg/100 kJ (10 mg/100 kcal) mag zijn bij het gebruik van de vermelding “lactose-vrij”. Als een speciale eigenschap of kenmerk van een voeding voor medisch gebruik is dat het minder of geen lactose bevat voor een bepaalde ziekte, aandoening of kwaal, dan is de informatie hierover een verplichte vermelding (artikel 5 Verordening (EU) 2016/128).
Voor alle andere levensmiddelen en voor de bewering “lactose-arm” is geen EU regelgeving, hoewel deze wel is aangekondigd in Verordening (EG) Nr. 1169/2011 over Voedselinformatie aan consumenten. Daarmee vallen deze beweringen vooralsnog onder de reikwijdte van de Europese lidstaten. Hierdoor worden in de praktijk in verschillende landen verschillende normen gehanteerd en is er geen Europese harmonisatie.
Er is geen Nederlandse regelgeving over deze beweringen. In Nederland wordt in de praktijk als norm voor lactose-vrij gehanteerd maximaal 10 mg lactose per 100 gram/ml product (100 ppm, Scandinavische norm). En voor lactose-arm de norm van maximaal 1000 mg lactose per 100 gram/ml product.
Zie voor meer informatie over lactose-intolerantie onder meer de website van het Voedingscentrum.